onvoorwaardelijke liefde

Het is ochtend. Voorjaar. Ik zit in een trein-vervangende-bus. Langs de metershoge ramen trekt het landschap voorbij. Alles buiten bloeit. De zon schiet felle witte vlakken tussen het lichte groen. De stammen van de bomen worden door de snelheid dunne witte lijnen zonder einde. Eerst zie ik de reflectie van haar gezicht in het glas. Een klein donker meisje. Met vlechtjes en iets wat lijkt op een wit bloemetje in haar haar. Haar ogen komen net boven de rand van het raam uit. Ze staart. Onbezorgd, lijkt het. Gegrepen door de snelle kleurwisselingen is haar wereld een grote caleidoscoop.

Die wereld. Die grote, ingewikkelde, veeleisende wereld. Die ruimte biedt, maar waarin we ook ruimte moeten durven nemen. Uit liefde voor ons zelf en uit liefde voor de ander. Die kleurrijke wereld. Waarin overleven en samenleven zich soms zo slecht verhouden.

Ik kijk weer naar haar en bewonder de stilte en ingetogenheid waarmee ze die veranderende wereld ondergaat. Nu nog veilig begrensd door het raam waaruit ze kijkt, straks, als ze uitstapt, meteen al oneindig veel groter en complexer.

Ze zal keuzes maken, steeds weer opnieuw. En ik voel, hoe vreemd misschien, en hoe onwaarschijnlijk ook dat ik haar ooit nog zal tegenkomen, dat ik haar keuzes zal respecteren.

Onvoorwaardelijk.

Uit respect.

Uit liefde._DSC4532

Plaats een reactie